donderdag 28 oktober 2010

Wat nou zou leuk is aan werken op een biologische tuinderij

's Ochtends als ik naar de Lepelaar ga, sta ik om zes uur op en rond kwart over zeven rij ik de polder in bij Schoorldam. Eerst kijk ik bij Warmenhuizen naar links waar rond die tijd in de open stal met de lichten aan een fiets staat van de boer. Soms zie ik de boer zelf ook, terwijl hij naar zijn koeien kijkt of ze eten geeft. Vervolgens rij ik door naar de Lepelaar zelf. Dan zie ik de eerste werklieden al klaar staan om de kolen te oogsten. Dan kom ik aan, terwijl het bedrijf nog in alle rust is of soms is bedrijfsleider Joris al druk in de weer met kratten kolen en wortelen.

Het is elke keer weer een verrassing wat ik te doen krijg. Omdat het 's ochtends nog donker is, lukt het moeilijk om in de kas alvast te beginnen. Soms beginnen we dan met de kolen te kratten of in zakken van tien kilo te stoppen. Een andere keer veeg ik de vloer aan en gisteren begon ik toch in de donkere kas met de draden goed te hangen in een lege kap, om vervolgens onkruid te wieden. Na de pauze heb ik de eerste winterpostelein geoogst en gepraat met Joris over het bedrijf.


Dampende mest from de dakboerin on Vimeo.

En 's middags heb ik met een andere stagiair, Felix, eerste jaar dagopleiding Warmonderhof, nog meer onkruid in een andere kap gewied. Het is voorbereidend werk voor nieuw zaai- of plantgoed. Het onkruid moet dus goed weg zijn, anders zaait het zichzelf uit. Ook moet de grond, na de raapstelen, weer goed geprepareerd worden. Dat gebeurt met mest. Daarna wordt het gefreesd, komen er droge koemestkorrels op en kan er iets nieuws groeien.

Wat nou zo leuk is aan het werken op een biologische tuinderij is de diversiteit van werk. Als ik na half zes tevreden weer naar huis rijd, dan zie ik diezelfde werklui weer op het land die de spullen opruimen van het kolen oogsten, om dan de volgende ochtend om kwart over zeven daar weer te beginnen. Dan had ik toch een afwisselender dag!

zaterdag 23 oktober 2010

16-jarige duurzame ondernemer Thijl

Sinds kort zit ik als dakboerin op twitter en daar ben ik allerlei interessante initiatieven tegengekomen. Zo wist ik dat er vorige week zondag een undergroundboerenmarkt was in Amsterdam, weet ik dat er vandaag bij Trouw een Fairtrade bijlage zit, dat Aalbeek vandaag met volle maan zaait en dat dat een egale oogst oplevert en nog veel meer informatie.

Mij wordt als Twitteraar altijd gevraagd hoe ik dat toch doe en of het niet enorm veel tijd kost. Nee dus. Soms kijk je op twitter. Het is niet erg als je heel veel mist en het is vooral leuk als je dingen oppikt die je niet wist. Het is een investering die net zoveel tijd kost als je er zelf voor over hebt. Ik raak door de twitteraars die ik volg geïnspireerd of ik leer bedrijven en mensen kennen die iets voor mij of ik voor hen kan betekenen. Of misschien niet en krijg ik gewoon een grijns als ik mensen als Thijl virtueel ontmoet.

Deze 16-jarige jongen is misschien wel de jongste ondernemer in de duurzame bedrijfsvoering. Hij brengt in Amsterdam op de fiets biologische producten rond op bestelling. Wat een goed idee. Kijk maar eens bij http://www.thijl.nl. Hij twittert over zijn successen. Maandag bijvoorbeeld moet hij zorgen voor een lunch bij een bedrijf en als het goed gaat, kan hij rekenen op elke maandag werk. En iemand vroeg hem of hij niet de producten van boeren rond Amsterdam naar de Amsterdammers kan brengen. Zonder twitter had ik er niet van geweten. Niet wereldschokkend misschien, maar wel inspirerend.

dinsdag 19 oktober 2010

Ken u zelf...

Op de site Multifunctionele Landbouw, kan je een ondernemersscan doen. Het is eigenlijk bedoeld voor mensen die al een boerenbedrijf hebben en hun kansen op inkomen willen vergroten. Vandaar multifunctioneel. Maar als startende ondernemer is deze scan ook leuk om te doen, omdat je jezelf als ondernemer leert kennen. Een soort, daar is hij weer, sterkte-zwakte analyse.


Als je deze uitslag goed leest, dan mag ik werken aan de marktgerichtheid (wat wil de consument en hoe pas je daar je product op aan?), mijn leiderschapskwaliteiten (delegeren vind ik moeilijk), aan mijn communicatie (open staan voor andere ideeën) en reflectie (open staan voor wat anderen van mijn ideeën vinden). Maar goed, ik hoef me in ieder geval geen zorgen te maken over risico en initiatief nemen, mijn doorzettingsvermogen en creativiteit.

Wat ga ik nou hier mee doen? Bij het verder opzetten van het bedrijfsplan nog beter kijken naar de vraag in de markt, de organisatiestructuur en momenten in het plan inbouwen om terug te kijken. Het moet nog in de praktijk gebeuren, maar dit heb ik dan toch al weer geleerd op een dinsdagochtend in oktober.

maandag 18 oktober 2010

Farming the city

Onlangs was er in Amsterdam een paar dagen extra aandacht voor duurzaamheid. In het gebied Westerdok werd een kleine tentoonstelling gehouden met de naam Farming the city. Op mijn lijf geschreven natuurlijk! De ondertitel was: come and be inspired by examples of urban agriculture from Amsterdam and the rest of the world. Yes!

Ontwerpers, idealisten, beleidsmakers, ze houden zich allen bezig met nieuwe manieren van verbouwen. De grootste teleurstelling was dat ik de meeste projecten al kende, omdat ik me al redelijk suf heb gegraasd op internet. Desondanks was het inspirerend om de initiatieven te zien en zeker raakte ik geïnspireerd door alle mogelijkheden, gedachtenspinsels van anderen en de creative oplossingen die sommigen hebben bedacht.

De poster met participerende partijen

De groenteflat van Amber Beernink

Kruiden in het raam
Kijk ook eens op:

Nodarchi
NL2040
Boskoi
A seed
Prinzessinnengarten

In Broedplaats Westerdok zijn veel organisaties bezig met groen en duurzaam, van ontwerp tot kennisstimulans, zoals het Stipo of Scholten en Baijings en Test-Portal die aan wildtuinieren doet tussen het beton. Zulke initiatieven wil ik graag vinden in Haarlem!

In Den Haag zijn ze ook al langer bezig onder de naam Foodprint door kunstenaarsstichting Stroom. Het Eetbaar Park wordt bijvoorbeeld vrijdag geopend. En licht Annechien Meier haar Pandermanpleinproject in Den Haag toe op zondag de 31ste.

Eetbaar Park: Vrijdag 22 oktober 2010, 17:30 uur Locatie: Zuiderpark, bij Stadsboerderij De Herweijerhoeve, Anna Polakweg 7, Den Haag

Annechien Meier, zondag 31 oktober 2010 rondleiding, 15 uur, filmpresentatie, 16 uur locatie: Stroom Den Haag, Hogewal 1-9, Den Haag

vrijdag 15 oktober 2010

Winterwortelen op de Warmonderhof

De gerooide wortels op de Warmonderhof
Warmonderhoffer Rick Sloot twitterde afgelopen zondag dat ze de winterwortelen gingen oogsten. Ik was natuurlijk nieuwsgierig hoe het veld er nu, tijdens mijn lesdagen, bij zou liggen. Prachtig! En net als bij de Lepelaar lagen er nog veel wortelen op het veld. Hier zitten de wortelen ook in de klei, maar het land was wel droger moet ik zeggen, ik kon er met mijn klompen op ;-). Omdat de wortelen er toch maar lagen te liggen, heb ik met drie medestudenten elk een klein kistje wortels opgehaald. Anders zouden ze toch maar onder de grond worden geploegd.

En zo konden we het geleerde meteen in de praktijk brengen, want er is meer te weten over wortelen dan dat ze in natte klei lastig te oogsten zijn.




Industriewortels zijn dus joekels
  • Industriewortels: de allerdikste winterwortels zijn te dik voor de winkel- of groothandelverkoop. Deze worden verkocht, meestal door een bedrijf in Duitsland, waar ze ze in babyvoeding verwerken of het wordt gevriesdroogd. Behalve de kleur in babyvoeding, is de vorm en grootte van de peen nergens meer te vinden, dus dat is niet meer belangrijk.
  • Er is een verschil tussen winterwortels van zandgrond en van kleigrond. Als je de extremen neemt, kan je door de dwarsdoorsnede zien of de wortel een dunne of dikke bastring hebt. Snij maar eens een wortel open, dan zie je een buitenrand en een binnenkern. Uit onderzoek van het Louis Bolk Instituut duidt een dunne bastring op flinke groei. Dat betekent dat de wortel rijkere grond heeft gehad of flink bemest is geweest. Als het te snel is gegaan, dan smaakt de wortel een beetje zeepachtig. Een brede bastring duidt op armere zandgronden en als deze te dik is, wordt de wortel taai en vezelig.
  • Een ander verschil tussen zand- en kleiwortels kun je zien door het blad. Op zandgrond heeft de wortel smaller en langerrekter blad en op de klei breder en dikker. Dit is afhankelijk van het licht. De wortel op de klei is iets trager in ontwikkeling, maar produceert breder blad, waardoor je minder onkruid hoeft te wieden.
  • De wortels die door akkerbouwers verbouwd worden, kunnen in tot juni ongeveer goed blijven in de koeling. Dat betekent dat er met partijen gespeculeerd kan worden. Nu komen er veel wortels van het land, althans de klei, dat kan de prijs per kilo drukken. Als een boer dan even wacht tot de peen weer schaarser wordt, kan hij wellicht een betere prijs vangen. Hij moet dan natuurlijk wel de prijs van de koeling eraf halen. En het kan mis gaan, want in juni is er weer een nieuwe oogst. 
Van de meegebrachte wortels maakte ik vanavond sap, 2 liter om precies te zijn. Lekker zoet! Dat ging zo:

Rapen
Kisten
Schoonmaken
En nogmaals Schoonmaken...
Schoon
Blokjes maken
In de sapmachine
Prut voor de compost
Heerlijk sap om te drinken
En nog wat over voor hutspot

woensdag 13 oktober 2010

Omschakeling van fotografie naar landbouw

In mijn intro staat: "Het is tegelijkertijd een onderzoek naar een carrièreswitch van fotografie naar landbouw." Daarover heb ik nog niets geschreven. Toch is het wel iets dat mij bezighoudt. Zo stond ik op een vrijdagochtend op verzoek van de jonge bedrijfsleider Joris in alle vroegte de resten van de klei uit de schuur te vegen. En dat is nogal een oppervlak om te vegen. Met een enorme bezem veegde ik het stof en de harde brokken bijeen. Ondertussen dacht ik bij mezelf: "ik ben toch wel de duvelstoejager hier!" Wat zoveel betekent dat ik echt onderop de ladder begin in mijn nieuwe carrière. Hoewel iedereen hier bij de Lepelaar weleens de vloer veegt hoor, inclusief Joris en de andere bedrijfsleider Jan.



"Sta ik hier te vegen, terwijl mijn collega's hier eigenlijk geen besef hebben dat ik in mijn andere baan verantwoordelijk ben voor een 8 ton overheidsgeld. Geld waarover veel gediscussieerd wordt in de fotografiewereld, waar stukken over op internet verschijnen, waar ik als intendant wordt opgevoerd in artikelen over documentaire fotografie in diverse tijdschriften. En waar ik vanaf 18 oktober een project draai waar weliswaar minder, maar toch nog wel wat geld in omgaat, voor 3 dagen in de week*. Voor mijn idee was deze job wel het hoogst haalbare in mijn fotografische carrière, buiten misschien museumdirecteur, maar die baan ambieer ik niet. En hier, op de tuinderij, sta ik gewoon me in het zweet te werken om de vloer een beetje schoon te krijgen. Is het niet een geweldig contrast?

* Ik heb overigens geen idee hoeveel ton in dit bedrijf wordt omgezet, maar dat zou wel eens meer kunnen zijn dan waar ik me over buig.

dinsdag 12 oktober 2010

Nooit geweten dat kolen zo arbeidsintensief waren

Misschien bestaat er wel een koolrooimachine, maar bij de Lepelaar snijden ze kool met de hand. Twee sterke kerels met oranje regenbroeken kruipen op hun knieën over de modder, snijden de kolen af en leggen ze op de loopband. De trekker rijdt heel langzaam (zonder bestuurder) vooruit, twee andere medewerkers plukken de kolen bovenop de wagen weer van de band en leggen de kolen in kisten (open metalen kisten met tralies).

Ik heb me nooit zo gerealiseerd dat witte kool en andere gewassen zo arbeidsintensief zijn. En hoewel het best pittig werk is, is het wel fijn om te doen. Je werkt met een team ergens naar toe en dat allemaal zonder stress en met oog voor de kwetsbaarheid van het gewas: met zorg dus.



Witte kool from de dakboerin on Vimeo.

zondag 10 oktober 2010

Zooo'n beginner!

Ik heb nu 4 dagen stage gelopen op de Lepelaar in 't Rijpje (Sint Maarten). Elke dag heb ik nog met tomaten in de kas te maken gehad, maar afgelopen donderdag kon ik mee het land op! Geweldig natuurlijk! Eerst mee op de trekker naar het land net buiten Tuitjenhorn waar de winterwortelen geteeld zijn.


De Lepelaar weergeven op een grotere kaart

De zon scheen weliswaar, maar dat maakte de zware klei er niet droger op. Volgens bedrijfsleider Joris is dit stuk land geen wortelland. Twee mannen van het loonwerkersbedrijf met twee grote machines waren aan het werk. Tadek, werknemer op de Lepelaar, stond achterop de machine om de wortelen te begeleiden in de stalen kist. Sieuwe, Joris en ik liepen achter het gevaarte aan om de wortelen die bleven steken alsnog in de kisten te gooien.


Winterworteloogst from de dakboerin on Vimeo.

En dat was een leuk, maar hels karwei. Mijn collega was even vergeten te zeggen dat ik beter mijn laarzen aan had kunnen doen. Nu strompelde ik achter de trekker aan met klompen die steeds meer klei aantrokken. Het was een soort dansen achter de wortelen aan. En handschoenen waren ook heel handig geweest (wel op maat, anders glijden ze weer uit). Nu greep ik steeds naar de oranje joekels, had goede grip, maar stuitten ook weleens op het oppervlak waardoor de velletjes zich onder mijn nagels gingen ophopen. Aan het einde van de dag had ik mooi zere vingertoppen. En natuurlijk superzwart van de zware klei. Stond leuk bij mijn jurk in het concertgebouw in Amsterdam 's avonds ;-).

Had ik net weer een beetje de klei van mijn klompen geschopt, besloten Joris en de loonwerkers dat het echt niet ging. De machine liep steeds vast door de hompen klei. Soms mistte hij zoveel wortelen dat er geen rapen met drie man tegenaan hielp. De grond was te nat. Ze besloten naar een ander stuk land te gaan waar de grond iets minder nat was. Toen moest alles natuurlijk van het land af. De trekker en de andere machine die steeds de lege en volle kratten afvoerden reden naar het einde van het land, maar bleven even staan.

Ik moest van het land af, maar dat kon alleen dwars door de klei. Ik zag hem al aankomen. Erover heen springen lukt niet, dus ik stapte dwars in een spoor met kniediepe klei. En, oja, ik had klompen aan. Hàd, want ik verloor er 1 in de klei. Vastgezogen op 50 cm diep! Met mijn arm trok ik het ding er weer uit. Onherkenbaar. Ik moest er grinniken, terwijl de mannen om mij heen deden alsof ze het niet zagen. Met mijn sok stond ik natuurlijk ook nog in de klei. Ik peuterde zover het kon de modder eruit en wrong mijn voet in de klomp. Wat was ik toch een ontzettende beginner! Tot aan de knie in de modder, een klomp vol prut en armen tot de ellebogen zwart. Heerlijk!

De tomatenpluk

Tomaten in een koude kas zijn niet gemakkelijk. Je moet er als tuinder flink wat tijd in investeren, vooral in onderhoud: onkruid wieden, ontdieven, schimmels buitenhouden, tomaten geregeld plukken, slechte tomaten weggooien en opruimen op de composthoop, sorteren, kisten, labelen en klaarzetten voor de groothandel.


Zeker aan het einde van het seizoen wordt het moeilijker. 's Ochtends kan je later beginnen met plukken bijvoorbeeld door gebrek aan licht, terwijl je eigenlijk eerder zou willen beginnen, want na een vochtige nacht heb je kans op condens. En vochtige tomaten zijn niet goed te bewaren, ze krijgen zwarte plekken. Daarnaast kwam de schimmel dit jaar vrij snel door een vochtig augustus. Vliegjes, muggen, zwarte takken, beschimmelde tomaten, het is moeilijk tegen te houden.


Tomatenpluk from de dakboerin on Vimeo.

En toch is het een mooi product. De cherrytomaatjes bijvoorbeeld zijn zo vol van smaak, dat krijg je bij de Albert Heijn puur & eerlijklijn niet voor elkaar. Echt tomaat!

dinsdag 5 oktober 2010

Vergunning De Nieuwe Akker voor Leyduin

De Nieuwe Akker, het Haarlemse collectief van BD tuinderijen, heeft een tijdje geleden een vergunning gekregen om te beginnen in het natuurgebiedje Leyduin, ten zuiden van Haarlem. Zij kunnen een oud moestuin gebied hiermee in ere herstellen. Ze beginnen als eerste met de hekken te herstellen om de Damherten buiten te houden om vervolgens eind dit jaar de graslaag te scheuren. Wellicht kan ik hand en spandiensten verrichten, hoewel ik natuurlijk nu mijn groentijd op de Lepelaar doorbreng.

Vlak na dit nieuws heb ik even uitgewaaid en ben ik op zoek gegaan. Het is een prachtig gebied, maar de oude moestuin heb ik niet gevonden. Later in een gesprekje met de initiatiefnemers op markt in de buurt van een ander gebied waar ze ook graag aan de slag willen, kwam ik achter de exacte locatie. Die was meer naar de weg toe en lag achter een oude muur. Vandaar dat ik hem niet kon vinden.

vrijdag 1 oktober 2010

Het groene goud

Het is groen en er staan koeien op, dat was wel ongeveer mijn kennis van een weiland of grasveld. Maar tijdens de les veehouderij vandaag op de Warmonderhof, heb ik geleerd dat dit spul eigenlijk het groene goud is. Je bepaalt als ondernemer veel voor je bedrijfsvoering met een beslissing over hoe je weiland er bij staat. In de BD landbouw heb je de pure graze techniek. Dat betekent dat je het gras hoger laat groeien. Op de website Pure Graze staat een uitgebreide uitleg, maar in het kort komt het op het volgende neer.
Meer biodiversiteit

Hoger gras
Door hoger gras in je weiland te hebben bedek je de hele bodem met blad. Die bladen maken stikstofverbindingen door fotosynthese. Die stikstof komt in de bodem en dat is nodig voor gezondere grond. Door de hoogte gaat het onderop het gras rotten. Wormen houden hier enorm van. Het aantal wormen groeit en is actief. Deze beestjes zien er vies uit, maar ze zijn nuttig! Ze geven de bodem een betere structuur. De koeien die over dit hoge gras lopen maken het gras minder kapot omdat het meer water vasthoudt, de modder een beetje meeveert en ze zich vaker verplaatsen. Het land hoeft daarnaast ook nog eens minder bemest te worden.

Koe op de Warmonderhof, eet in dit geval gemaaid gras
Koeien eten dus dit gras wat eigenlijk niet alleen gras is, maar ook uit klaver en andere soorten bestaat. Hier zit veel energie in zit voor koeien. Koeien hebben daarom minder of geen krachtvoer nodig. De melk is ook gezonder: meer Co2 geeft meer omega3 vetzuren en meer omega6 vetzuren in de melk.

En daar krijg je mooie koetjes van.


Moederkoe met zogend kalfje from de dakboerin on Vimeo.

Waarom heeft niet iedereen zo'n lekker weiland dan? Omdat het bewerkelijker is. Het heet stripbegrazing. Om de drie uur moeten de koeien verplaatst worden naar een nieuwe strip/stuk weide. Dit is arbeidsintensiever dan als je koeien vier dagen lang op een gangbaar weiland laat lopen.